Enfleurage

Vroeger was enfleurage de enige manier om de geur van bloesems zoals: oranjebloesem, jasmijn en mimosa te extraheren. Tegenwoordig wordt er nog maar weinig gebruik gemaakt van enfleurage omdat het eeN zeer arbeidsintensief en daardoor een duur proces is


Enfleurage a chaud (warme enfleurage):


Dit is een van de oudste technieken
Hierbij werden de bloemen, waarvan je de geur  wilt hebben, in vet of olie gelegd. Als de olie of vet alles heeft geabsorbeerd werd het eerst door een linnen doek en daarna nog door een katoenen doek gefilterd. Als je dat had gedaan hield je een geparfumeerde zalf over. Daar werd vaak nog wat hars of kruiden bijgedaan met wat druppels essentiĆ«le olie. Later toen de distillatietechnieken beter werden, begonnen ze ook alcohol in de samenstellingen te gebruiken om de geuren langer vast te kunnen houden. Nadat een machine het mengel heeft geschud  en het heeft laten rusten, kon men het alcohol van de rest scheiden. Dit werd een paar keer herhaald en uiteindelijk hield je dan een geparfumeerd extract over (vloeistof waar planten en kruiden in getrokken zijn) dat nog even voor de laatste vetresten gefilterd moest worden. Een tijd later werd het vet door vaseline vervangen.

Enfleurage a froid (koude enfleurage) :

In tegenstelling tot bovenstaande, werd dit gebruikt voor kwetsbare bloemen die koud verwerkt werden. De blaadjes werden eerst zorgvuldig geselecteerd en daarna verspreid en op een dun laagje vet uitgestreken op een glasplaat. Regelmatig werden de blaadjes ververst door nieuwe tot het vet totaal gevuld was met parfum. Na 2 dagen werden de bloemen boven tafel eraf geschud. Het vet werd dan opgelost in alcohol, die weer moest verdampen. Uiteindelijk bleef er een zalfachtig smeersel over. Dit was een zeer dure methode. Het kostte drie kilo bloemen om een 1 kilo vet te parfumeren. 


 









Geen opmerkingen:

Een reactie posten